dimanche 9 janvier 2011

Mama Ingi

Yu redi koto na mi prasoro
a meki fu soso joro joro.
Sonten a e kenki furu kloru.
Yu finga na ala den liba.
Nanga yu ede-wiwiri
me tapu mi skin,
Mama ingi,kibri tego yu pikin.

Mama ingi,jepi tyari mi mutete, bika
na siksiyuru,
a liba-watra e frudu.
Wi e kari
furu pikin e bari
fu ala kondre kon sidon.
Mama ingi, sten fu bifo te tide,
kari, kari mi mama
den o naki dron
fu hey kon te na gron.

jeudi 6 janvier 2011

Mamalobi

                                                 
Hemel kondre opo doro
Gado srefi kari yu kon
Skin ati,pina nanga sari no de moro.

Yu anu san ben wasi mi,
san ben krabu ala doti puru
fu mi skin,
kon krin,
fu ala a watra-ay di wi trowe gi yu.

Na tru yu mamalobi ben tranga.
Dey nanga neti no ben de nofo
Fu suku a dey brede gi wi ala.

Srefi bigi alen nanga tranga son,
no ben hori yu na oso.
Ay mi ma, yu lobi ben tranga.

Dondru bari,faya ben koti 
ma yu kibri mi nomo
ondro yu koto.

Mi ati e sari,
ma san wi sa du?
Gado kari yu
kon ini a leti.

Unu mamabon fadon,
a libi soso moy pransun.
Wan dey wi ala sa bigi neki yu
mi mamabon, yu lobi ben tranga.
Grantangi...we adyosi dan.


Dit gedicht heb ik geschreven na de dood van me moeder 19-12-2005. Ik zat in de salon van me appartement in Frankrijk en dacht terug aan de tijd toen me moeder nog leefde. Ze was altijd een ijverige vrouw vol ideeën . Ze was half-indiaanse uit Gran-kreek distrikt Saramacca, Suriname. Haar moeder volbloed Caraïbische stierf toen ze 5 jaar oud was.

Op 18 jarige leeftijd ontmoette ze mijn vader. Hij was volbloed Kalinja en kleinzoon van een grote Pijai-man. Na de dood van haar moeder, in Grankreek nam haar vader (mijn opa) dus de kinderen mee naar de stad  Paramaribo. Me moeder had nog twee broers.Toen ze me vader ontmoette besloot ze met hem mee te gaan naar het Marowijne gebied. Ze leerde van me oma (me vaders moeder) alle dagelijkse bezigheden van een indiaanse vrouw : kostgrondjes beplanten, casave brood bakken, kasiri maken en kwak, hangmatten vlechten en nog veel meer.

In haar leven heeft ze ons altijd gemotiveerd om naar school te gaan. "Om wat te worden", zei ze vaak. Want "mi no leri en na unu mus kisi a papiera san mi no ben mang kisi". Vooral eind van het jaar deze dagen vergeet ik nooit meer. Ze maakte pom, van de tayer die ze een jaar van tevoren naast het huis had geplant. En bojo, van de zoete casave uit haar kostgrondje.

Wat hadden we een pret. Ma rende van hot naar tot om alles voor kerstmis op tafel te krijgen. Dit stukje kwam uit haar stadse leventje toen. Wij moesten dan de vloer van ons houten huisje boenen van waar heb je me niet. Ze kocht wat meters gekleurd gordijnstof ("50ct per el", zei ze) om vervolgens bij de ramen op te hangen. Mijn vader kocht finperi, bombels voor ons en we waren de hele dag bezig, om de honden op het erf de stuipen op het lijf te jagen.

Ondertussen had ma haar vat Kasiri al staan die een mooie rose kleur had van de kalasaï, een diep rode zoete patat, waarmee de indianen hun kasiri kleuren. Niet te vergeten de bekende Eksi Kuku, geheimzinnig had ze 10 eieren bewaard voor de kuku. We hoorden daarom vaak de kip klagen als er weer eens een ei werd weggehaald door maatje. Ze had steevast een drilstok met een  rondje aan het eind, daarmee werden de eieren gedrild. Nadat ze alles had gemixt werd alles op haar zelfgemaakte oven gaar gebakken. Wel, ik heb nooit meer zo'n lekkere Eksi Kuku gegeten als toen, van het houtvuurtje.

Me moeder heb ik voor het laatst gegroet, ze was in Huize Asiana, ik  voelde al  zonder te praten dat dit ons laatste samenzijn was. Maar hoe ik me moeder kende, ze liet geen traan los. Ze wenste me goede reis en behouden aankomst in Frankrijk en vooral zei ze goed op de kinderen te letten. Nog een laatste brasa en bosi en toen in de taxi . Ik heb twee maanden bij haar vertoeft in Suriname en haar 80 ste gevierd samen met familie.

Ik kwam aan in Frankrijk de 30 ste nov. en precies 19 dagen later overleed ze. Me mooiste herinnering is haar ogen toen ze me zei : "Yu luku mi bung , ik heb niks om je te geven alleen maar me zegen". Wat mooi... ik wou niets anders.